Omdat ik vertrouwenspersoon voor de kinderen op mijn school ben, werk ik één dag per week samen met Zowie, mijn 'luisterhond'.
Sommige kinderen hebben er al lang naar uitgekeken; morgen gaat ze voor het eerst een keer mee naar onze nieuwe klas.
Uitgebreid behandel ik daarom het begrip 'hond' met de groep.
Ze weten er zo met zijn allen nog meer van dan ik verwachtte. Binnen de kortste keren heb ik het bord volgeschreven met hondenbegrippen.
Hondenlichaamstaal. Helpende honden. Vleeseters. Prooi. Snuffelhond. Hijgen.
Respect voor de rust die de hond af en toe zoekt in zijn mand.
Na de pauze komt een meisje met een grote ingelijste foto stijf tegen zich aangedrukt de klas weer binnen. Ze gaat voor de klas staan, houdt de foto, waar zijzelf samen met een bruin hondje in haar armen op staat, omhoog en begint te vertellen.
Ze komt niet ver. Na vier woorden is ze aan het snikken. 'Wat is er?', vraag ik. '
'Het is zo moeilijk om te zeggen', komt er dan met moeite uit. 'Hij werd heel erg ziek en toen heeft hij een spuitje gekregen'.
Misschien dat Zowie haar morgen een heel klein beetje kan troosten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten